Een weekje Lira

Afgelopen maandag vertrokken naar Lira, om acht uur eerst Esther opgehaald, ze had een meeting in Kampala en gezien Kampala geen rondweg heeft kom ik daar toch dwars doorheen. In Oeganda zijn de wegen slecht, ze zijn modderig en strepen zijn nergens te vinden. Het was daarom best raar dat ze tussen Entebbe (waar het vliegveld is) en Kampala het asfalt aan het schoonmaken waren. Wel lang voor in de file gestaan. ’s Avonds in de krant las ik dat ze het asfalt aan het schoonmaken waren omdat er 26 Afrikaanse leiders op visite kwamen bij de president. Het afval ligt overal gewoon langs de weg, de meeste wegen hebben geen asfalt en heel veel gaten maar de 40 kilometer asfalt weg tussen Entebbe en Kampala is schoon. Om 10 uur Kampala uit gereden richting het noorden, net voorbij Kampala een aap op de weg, camera helaas helemaal weg geborgen dus een foto heb ik niet gemaakt.

Het was lekker weer, een goede weg, ik had zin in de rit, ik had geen haast en reed ook niet zo hard, zo rond de 100 kilometer per uur (wat ook de maximum snelheid is in Oeganda). Maar dan heb je een goede weg die heuvel op gaat en dan later weer heuvel af, als je dan niet goed oplet en je gaat heuvel af, dan rijd je al snel wat te hard. Dat weet de politie hier ook en die staat dus onderaan de heuvel te controleren met een laser gun. Ik werd aangehouden maar had geen idee hoe hard ik reed. Dat viel erg mee, volgens de lasergun reed ik 112 kilometer per uur. De agent vond dat hij daarvoor een bekeuring moest geven, ik vond van niet want ik reed amper te hard en deed het per ongeluk, maar daar was hij weer niet mee eens dus een bekeuring. Okay, kom maar met die bekeuring dan, Jerome had al eens verteld dat de bekeuringen niet hoog waren in Oeganda dus ik was niet bang dat ik gelijk failliet zou zijn. Maar op mijn vraag hoe hoog de bekeuring was moest de agent dit eerst opzoeken, volgens de agent was de bekeuring 100.000 shilling. Dat vond ik belachelijk veel voor 12 kilometer te hard (nu de euro waarde aan het verliezen is, is één euro ongeveer 2200 shilling waard, als je daar 3 nullen vanaf haalt, heb je de euro gulden wissel koers te pakken), 100.000 shilling is 100 gulden oftewel 45 euro. Dat is veel te veel voor 12 kilometer te hard. Maar ze rekenen hier anders, hij heeft me de lijst laten zien (en ik denk dat ze een andere lijst hanteren voor niet Oegandezen, het had wel officiële stempels) en te hard rijden is 100.000 shilling boete, dan maakt het helemaal niet uit of je 5 of 50 kilometer te hard rijd, de boete is het zelfde.

Ik kon de bekeuring niet bij de politie betalen, daarvoor moesten we naar de bank 15 kilometer terug. Daar had ik al helemaal geen zin in. Op mijn vraag of we de bekeuring niet anders konden regelen was zijn vraag wat ik in gedachten had. Het komt er op neer dat ik beide agenten 20.000 shilling heb gegeven en toen mocht ik door rijden. Erg fout maar het scheelde wel geld en tijd. De rest van de rit was erg aangenaam, ik kwam weer langs een nationaal park en hoopte weer op dieren, maar behalve een geweldige omgeving geen dieren gezien. Op de kaart had ik gezien dat ik ook een waterval zou passeren, dat klopte en dat was een geweldige waterval, in de rivier de Nijl waar het water met heel veel geweld en kabaal naar beneden stortte om zich daarna een weg te vinden langs allemaal rotsen in de rivier. Geen hoge waterval maar wel een geweldig gezicht. Gestopt om foto’s te maken, daarna de brug gepasseerd, een nog veel mooier plaatje, maar bewaakt door militairen en dan kun je toch beter geen foto’s maken. Camera weer opgeborgen en twee minuten later een grote aap op de weg. Voor ik de camera weer had was de aap het bos al in gewandeld. Daar baalde ik van maar nog geen drie kilometer verder een complete Bavianen familie op de weg, zaten lekker te eten en niks te doen, het overige verkeer (fietsers, auto’s en wandelaars) slalomde om de Bavianen heen en dat leek ze niks uit te maken. Ik stopte om foto’s te maken en dat vonden ze wel interessant, ze kwamen kijken wat ik aan het doen was (voor de zekerheid de ramen van de auto wel dicht gedaan). Een heleboel gave foto’s gemaakt. Althans dat dacht ik, ’s avonds in het hotel kwam ik er achter dat er geen geheugen kaart in de camera zat (en die geeft dat wel aan, maar dan moet je wel op het display kijken).

Daarna werd de weg wat minder begaanbaar, zodat het laatste stuk ook wat tijd koste. Om drie uur was ik Lira, over de 350 kilometer toch een kleine zeven uur gereden. Het college was snel gevonden, alleen wist niemand dat ik kwam. Ik had Principal wel gebeld dat ik zou komen maar die was nog in Kampala en kwam pas donderdag terug. De ICT Manager wist dat ik kwam maar die was ook in Kampala voor dezelfde meeting als waar Esther was, de IRO die wist dat ik kwam lag met malaria ziek in bed en de overige personen wisten van niks. Maar dat is hier niet zo erg, je bent altijd erg welkom en iedereen staat direct voor je klaar om je te helpen. Na de deputy principal te hebben uitgelegd wat ik kwam doen heeft hij me geholpen een hotel te vinden. Midden in het centrum, het luxueuste hotel (volgens eigen zeggen) van noord Oeganda. De kamer prijs valt wel mee, maar het restaurant is erg duur, staat wel tegen over dat het een erg goede keuken is, dus ben ik deze week goed bezig om wat verloren gewicht terug te winnen. Omdat het eten hier erg duur is wilde ik voor de lunch een ander restaurant vinden (ook hier serveren ze op het college alleen poiso en beans), dan merk je toch dat het hier anders is, er zijn weinig restaurants maar wel heel veel bars die ’s middags al vol zitten, meestal is het andersom, genoeg restaurant en weinig bars, mensen drinken hier veel. In de restaurants is het eten ook al erg prijzig. Dit komt dus allemaal door de oorlog.

Lira city

Ik dacht dat de oorlog hier al jaren voorbij was, maar dat is dus niet waar. Het vechten is pas twee jaar geleden gestopt en het meeste was geconcentreerd rond Lira. Je vind hier nog veel UN auto’s en er zijn veel militairen hier. De vluchtelingenkampen zijn al wel verdwenen. Waar in andere plaatsen bijna al het taxi vervoer per bus of per motor wordt gedaan, wordt hier de fiets gebruikt. Er zijn hier heel erg veel fietsen (vergelijkbaar met een Nederlandse stad), allemaal zonder licht dus ’s avonds kun je vrij makkelijk veel punten verdienen. Ook veel invalide mensen en de armoe is erg zichtbaar (wat het contrast met het luxe hotel wel wat groot maakt). Het eten is niet alleen in de restaurants duur, maar overal, het klimaat is wat minder geschikt voor het verbouwen van eten, en de meeste boerderijen zijn vernield in de oorlog. Maar ze zijn hard bezig om dit te verbeteren, ze lopen behoorlijk achter op de rest van Oeganda maar verwachten vrij snel op het zelfde niveau te zitten. Overigens zijn alle rebellen naar Congo verjaagt en is het hier volkomen veilig nu.

Ook gezellig wel, ik zit hier in centrum en het is hier erg levendig, de vele kroegen zorgen voor veel mensen op straat en de sfeer is wel erg goed. Mensen zijn erg vriendelijk en behulpzaam en helemaal blij als je in hun winkel wat komt kopen (ik was gewend dat ze je negeren tot jezelf wat vroeg, maar in Lira ben ik overal most welcome). Ook de principal is een aardige man, ik had hem amper gesproken dus hij belde donderdag avond dat hij voor het hotel stond met de vraag of ik beneden wilde komen, ik dacht dat hij wat wilde bespreken maar het was gewoon een uitnodiging om wat te komen drinken. Dat was wel gezellig, ik spreek steeds meer Oegandezen en leer steeds meer over hun cultuur en land.

Dinsdag en woensdag was er geen ICT manager om mij allerlei zaken te laten doen, dus heb twee dagen alleen de interviews gedaan en erg veel voor het project kunnen doen. Dit was over toen Vincent woensdagavond terug was. Ik wist al dat internet niet werkte en ik had al gekeken of ik dat op kon lossen maar ik kwam er niet uit hoe hij de internet toegang geregeld had. Dit had hij dus niet geregeld. Een aantal computers had met een vast IP internet toegang, de rest waren stand alone computers. Dat internet niet werkte kwam om dat het modem kapot was. Afgelopen weekend hebben ze hier heftig onweer gehad en sindsdien werkte internet niet meer. Behalve het modem waren ook twee van de vier switches overleden. Met was kunst en vliegwerk is er nu een netwerk en als vanmiddag de monteur voor het modem is langs geweest hebben de meeste computers internet toegang. Er was nog geen server, die hebben we geïnstalleerd en dit is een behoorlijke verbetering omdat hierdoor vrij simpel alle computers internet toegang hebben. Probleem hier (en ook op de andere colleges) zijn de pc’s. Voor ik naar Oeganda vertrok vond ik het een goed idee dat we afgeschreven computers naar Afrika stuurden. Maar daar denk ik nu anders over. Het is niet voor niets dat we computers afschrijven, ze zijn oud en gaan sneller kapot. Zeker hier met al die stroom uitvallen en al dat stof, daarnaast is hier een probleem met virussen maar als je windows met de laatste updates en een virusscanner met de laatste updates installeert kun je de computers echt niet meer gebruiken, de huidige software is zo zwaar en vraagt zoveel meer geheugen dan deze pc’s hebben dat ze te traag worden om mee te werken. Dus werken de meeste machines (ongeveer de helft van wat ze hebben werkt nog) met een oude windows en geen virusscanner en bulken de computers van de virussen. Een aantal computers zijn hier dan ook nog heen gestuurd met wachtwoorden op de bios die niemand weet, volgeplakt met stickers in het Nederlands dat ze uit roulatie gaan en er is watervaste stift gebruikt om met koeieletters op de PC te schrijven voor welk college ze bedoeld zijn. Het ziet er niet uit. We hebben oude rommel naar Afrika gestuurd en ik heb af en toe last van plaats vervangende schaamte als ik zie wat we ze gegeven hebben. Er komt een nieuwe lading PC’s aan, ik hoop echt dat die wat beter behandeld zijn dan “wat boeit het, het is toch voor Afrika”. Maar ik ben er wel achter dat je ze meer helpt met nieuwe pc’s en nieuwe technieken dan met wat ze nu van ons gekregen hebben Een aantal jaar geleden hebben alle colleges nieuwe IBM computers gekregen, was een ander project maar al deze machines werken nog, zijn sneller dan de tweedehans machines en kunnen nog mee met de huidige stand van de software techniek. Hebben ze veel meer plezier van.

Morgen naar Mbale, niet zo heel ver maar wel 74 kilometer over zandweg, volgens de principal hier is dat wel te doen met deze auto, daarna weer terug naar Lira om bij een graduation ceremonie aanwezig te zijn, ik ben uitgenodigd en ik geloof dat het zeer op prijs wordt gesteld als ik aanwezig ben, ben zelf ook wel nieuwsgierig, ze doen het hier met van die rare hoedjes en er zal ook wel een feest aan vast zitten. Dan is er vier november een meeting van alle ICT Managers in Mbale en daar wil ik eigenlijk ook wel bij zijn, ik geloof dat ik wel behulpzaam kan zijn met het oplossen van een aantal problemen die ze hebben. Maar tegen die tijd zit ik drie weken in een hotel en ik weet niet of ik dat wel wil.

Een aantal foto’s geupload, ik had een leuk filmpje gemaakt maar die krijg ik niet geupload, daar moeten jullie helaas even op wachten.. sorry…

5 gedachten over “Een weekje Lira”

Reacties zijn gesloten.